Rasstandaard
(naar een vertaling van de officiele FIFé-standaard door Els Gijsen)
Algemeen
Lichaam: Middelzwaar en enigzinds gestrekt. Goed geproportioneerd. De poten kort en stevig met ronde voeten.
Katers hebben meestal een iets grovere lichaamsbouw dan poezen en zijn iets groter.
Kop: Krachtige schedel, enigzinds gewelfd voorhoofd, volle ronde wangen.
Neus: Middellange neus zonder stop maar met een lichte dip (romaans)
Kin: Stevig en goed ontwikkeld, correct profiel waarbij boven- en onderkaak van gelijke lengte zijn en loodrecht
op elkaar staan.
Oren: Bij voorkeur tamelijk klein en afgerond die niet te hoog geplaatst zijn met een aanzienlijke ruimte tussen.
Ogen: Niet volledig rond van vorm, liefst enigzinds ovaal met steeds een diepblauwe kleur.
Handschoenen
De witte voeten, handschoenen genaamd, zijn het handelsmerk bij uitstek van de Heilige Bimaan. Het is erg
moeilijk om katten met dergelijke perfecte aftekeningen te fokken, daarom worden kleine afwijkingen toch
toegestaan. De rasstandaard is niettemin duidelijk over de specifieke eisen waaraan, idealiter, de aftekening
moet voldoen. Op de eerste plaats moeten ze volledig zuiver wit van kleur zijn. het wit kan ophouden aan de
teenwortels of tot aan het gewricht lopen. Passeren van het gewricht is niet toegestaan. Een veel voorkomende
onvolkomenheid is het aan de zijkant van de voor- en/of achterpoten oplopen van het wit. Deze onvolkomenheid
wordt dan ook toepasselijk oploper genoemd.
Bij de achterpoten mag de witte handschoen wat hoger oplopen. Aan de achterkant (voetzolen) moet het wit
uitlopen in een punt of omgekeerde ‘V’ (spoor). Deze punt mag de helft tot 2/3 van de voetzool in beslag nemen,
maar mag de hak niet overschrijden. Binnen deze gewenste afmetingen mogen de spoortjes variëren. Het is van
belang dat de handschoenen gelijkmatig en het liefst symmetrich zijn. Identiek symmetrische aftekeningen voor
of achter zijn prima maar beter nog is symmetrie tussen alle 4 de handschoenen en spoortjes.
Vacht
De vacht is lang tot half-lang (semi-long) al naar gelang van het lichaamsdeel. kort in het gezicht, en gelijdelijk
langer wordend naar de wangen. Rondom de hals en nek groeit een volle kraag (dikte afhankelijk van het seizoen).
Op de flanken, de buik en de rug is de vacht lang, zijde-achtig van structuur met weinig ondervacht.
Kleur
De Heilige Birmaan is een zogenaamde ‘point kat’, net zoals de Siamees. De kop (masker) en oren, poten en
genetaliën en staart hebben een kleur (point) die contrasteert met de overige lichaamskleur. Dit contrast dient
zo groot of duidelijk mogelijk te zijn.
De kleur van de points dient op de genoemde lichaamsdelen egaal te zijn en moet tevens overal dezelfde tint
hebben. Wanneer in de kleur van de points witte of lichter gekleurde haartjes (brindling) voorkomen wordt dit
gezien als een fout. De oorzaak is meestal hormonaal maar kan ook veroorzaakt worden door de algemene conditie
van het dier. Het masker dat het gezicht grotendeels bedekt, dient bij een volwassen dier ook de
snorhaarkussentjes te bedekken. lichter gekleurde haartjes rondom de ogen (brilletje) zijn ongewenst en kosten
op tentoonstelling punten.
Er wordt naar gestreefd dat de kleur van de rug en de flanken bij alle kleurvariëteiten een lichte tot warme
goudachtige beige tint vertoont. De borst en de buik zijn in het meest gunstige geval zeer licht van kleur, kleur
indicatie wit, gebroken wit tot licht-eierschaal beige. Vlekken zijn zuiver witte of gekleurde gedeeltes (spots) die
niet geaccepteerd worden. Een voorbeeld is een witte vlek op de kin. Ook een witte vlek op de genetaliën wordt
als fout gezien. Een gekleurd vlekje tussen de wit afgetekende vormen van bijvoorbeeld de sporen (eilandje) is
een vergelijkbare ernstige fout.
Pas wanneer de Heilige Birmaan volwassen is, zijn de point- en lichaamskleur volledig tot ontwikkeling gekomen.
Een lichte zweem van de betreffende pointkleur op het lichaam wordt dan niet bestraft.
Staart
De staart is van gemiddelde lengte. De vacht vormt een volle, dicht behaarde pluim.
Fouten
Fouten die het behalen van een certificaat uitsluiten zijn:
- onvolledige pigmantatie van het neusleertje
- oplopers aan de voor- en/of achterpoten
- afwezigheid van sporen op de achterpoten
- witte vlekken in gekleurde gedeeltes van het lichaam of andersom, inclusief een witte vlek op de geslachtsdelen
- knopen of knikken in de staart
- scheel kijken
Karakter
Heilige Birmanen hebben overwegend een rustig en verdraagzaam karakter. Hun stemgeluid is bescheiden en
zacht. Wanneer ze ergens hun zinnen op hebben gezet gebruiken ze veelal lichaamstaal of oogcontact om duidelijk
te maken wat ze juist willen. Ze houden van gezelschap van hun mensen, maar zijn doorgaans niet echt
schootkatten, ze verblijven wel graag in de buurt van hun mensen of liggen tegen hen aan op de bank. veel
Birmanen neigen er toe om een speciale band aan te gaan met een specifiek persoon uit het gezin. Birmanen zijn
subtiel in hun doen en laten en tevens gevoelig. Ze kunnen de humor van plagen en najagen niet altijd inzien.
Agressief gedrag is aan de Birmaan vreemd. Een Heilige Birmaan houdt ook niet van al te veel drukte en moet
daarom ook altijd de kans krijgen om zich op een rustig plekje in huis te kunnen terug trekken. Met andere katten
hebben ze doorgaans geen problemen ook een rustige hond geeft weinig problemen. Ook met kinderen vormen ze
een goede combinatie, zolang de kinderen de katten in hun waarde laten.
Verzorging
De weelderige vacht van de Birmaan klit nauwelijks of niet en heeft weinig verzorging nodig. Over het algemeen
kunt u met een wekelijkse borstelbeurt de vacht van de Birmaan goed in conditie houden. Kam in geen geval de
vacht met een metalen borstel maar gebruik veeleer een stevige haren borstel. Wanneer u met een Heilige
Birmaan wil gaan showen heeft de verzorging iets meer voeten in de aarde omdat er op show heel erg gelet word
op de kwaliteit van de vacht.
(bronnen: de Heilige Birmaan, redactie over dieren en de grote kattenencyclopedie, door Esther Verhoef, Rebo Productions, 2e druk 2005)
Cattery Adhimisha
Fokker en liefhebber Heilige Birmaan