Legende en geschiedenis
Aan de voet van het Lugh gebergte in het noordelijke deel van Birma, het tegenwoordige Tibet, werden door
Kittah priesters prachtige tempels gebouwd voor hun goden. Opperprietser Mun-Ha, wiens gouden baard door de
god Son-Hio geweven zou zijn, wijdde zijn leven aan de godin Tsun Kyan-Kse. In de tempel van Lao stond een
gouden beeld van deze godin. Het beeld had blauwe safieren ogen. Het was de taak van de godin om de zielen van
de prietsers te begeleiden naar het hiernamaals.
In de tempel van Lao leefden ook ongeveer honderd witte katten met opperpriester Mun-Ha, deze werd veelal
gezien met zijn orakel kat, die Sinh heette. Op een nacht werd de tempel overvallen door Phoums uit Siam wat
Mun-Ha het leven zou kosten. Hij stierf temidden van de andere priesters en zijn kat Sinh, die op dat moment op
zijn hoofd sprong. Een wonder geschiedde: de kat veranderde van kleur. Hij kreeg een goudkleurig lichaam,
gelijkend op het beeld van de godin, zijn neus, oortjes, poten en staart kregen de kleur van de aarde terwijl zijn
ogen zo blauw werden als de safieren van het godsbeeld. Alleen zijn voetjes die de priester hadden aangeraakt
die bleven wit.
Sinh draaide zich om en keek in de richting van de zuidelijke poort, waarop de pirietsers deze sloten waardoor de
tempel behouden bleef.
Sinh bleef gedurende zeven dagen onbeweeglijk zitten, terwijl hij in de safier blauwe ogen van de godin keek.
Toen stierf Sinh en zo bracht hij de ziel van zijn geliefde Mun-Ha naar Tsun Kyan-kse. Op dat moment kregen alle
katten in de tempel dezelfde bijzondere en mooie aftekening dan Sinh.
Er bestaat ook een Europese legende die de herkomst van het ras hier in Europa zou verklaren. Het verhaal is
minder spectaculair en laat ook minder aan de verbeelding over. Bovendien is het heel onduidelijk hoe de katten
hier in Europa terecht zouden zijn gekomen omdat de tempelkatten een strenge bescherming genoten van de
prietsers en dat deze het wilden voorkomen dat hun katten werden geexporteerd naar het buitenland.
Waarschijnlijk was het de Britse majoor Russel Gordon, die het eerste paartje Birmanen meenam naar Groot-
Brittanië. Aan het begin van de 20e eeuw werd de tempel van Lao Tsun overvallen. De overvallers werden verjaagd
door een Britse en een Franse soldaat. De monikken beloonden hun redders in nood met een paartje Heilige
Birmanen. Maar hier loopt de ‘Europese legende’ dood want niemand weet nog wat er juist is gebeurd met die
Birmaantjes.
Europese geschiedenis
De Heilige Birmaan begon zijn Europese geschiedenis in Frankrijk. Madamme Thadde-Hadisch zou een poes en een
kater, die miljonair heer Vanderbilt had weten te bemachtigen, mee uit Birma nemen. De kater overleefde de
bootreis niet, maar van de inmiddels zwangere poes werd op de show van 1926 in Parijs dochter Poupée de
Maldapour tentoongesteld.
Er zijn ook verhalen dat men nog voor de tweede wereldoorlog, al bezig was om Siamezen en Perzen te kruisen om
color point perzen te verkrijgen, ook hier zou een mogelijke basis kunnen liggen om het ontstaan van de Heilige
Birmaan te verklaren.
Cattery Adhimisha
Fokker en liefhebber Heilige Birmaan